zaterdag 12 mei 2012

-

Meervoudige intelligentie:

Mensen leren op verschillende manieren. De een leert door doen, de ander moet het ‘voor zich zien’ en een derde persoon moet de informatie eerst voor zichzelf ordenen om het te kunnen begrijpen. Als wij kinderen in het onderwijs iets willen leren, als wij willen dat alle kinderen begrijpen en onthouden, is het nodig dat er rekening wordt gehouden met de verschillen tussen de kinderen.

De theorie van Meervoudige Intelligentie gaat daarover.
De psycholoog Howard Gardner kijkt anders aan tegen intelligentie aan, dan hoe de meeste mensen denken. 
Deze theorie gaat uit van meerdere intelligenties die ontwikkelbaar zijn. Gardner definieert intelligentie als volgt: "Intelligentie is het vermogen om problemen op te lossen en ook het vermogen om nieuwe problemen te bedenken". Menselijke vermogens reiken veel verder dan lezen, schrijven en rekenen. Het is belangrijk het onderwijs ook aandacht  besteedt aan capaciteiten zoals aan muzikaal vermogen, beeldend vermogen of waarnemingsvermogen. Kinderen moeten volgens deze theorie iets doen met hun talenten/intelligenties. Dan gaat de school verder dan einddoelen en die ontwikkelingen zo omzet in levensvaardigheden. Scholen die deze theorie toepassen, proberen uit te gaan van de sterke kanten (matchen) en tegelijkertijd de zwakke punten bij te schaven (stretchen). De brede ontwikkeling wordt gestimuleerd. Zwakke en sterke kanten leren ze kennen zodat die worden omgezet in leren, samen werken en communiceren. Kort gezet het benutten van je intelligenties.

1.       Logisch-Mathematisch: logisch nadenken, abstractie, onderzoekend, motivatie om de fysieke wereld te verklaren. (Getal of rekenslim)
2.       Verbaal-linguïstisch: gevoelig voor taal, goed in spreken/luisteren/lezen, functioneel taalgebruik, goed in grammatica. (woord of taal slim)
3.       Visueel-ruimtelijk: goed geheugen voor beelden, leren door te kijken, sterk ontwikkeld topografisch gevoel, goed in staat emoties en ervaringen te visualiseren. (Met materiaal en ruimte iets kunnen inschatten)
4.       Lichamelijk-kinesthetisch: sterk besef van eigen lichaam, sterke motorische beheersing, behoefte aan beweging, leren door te doen. (Manier waarop je je lijf en ledematen beweegt + kracht en uithoudingsvermogen)
5.       Interpersoonlijk: begrijpen van anderen, gevoelig voor stemming van anderen, in staat anderen te motiveren, sterk vermogen tot empathie. (Hoe sociaal je bent en hoe gemakkelijk je sociale contacten legt.
6.       Intrapersoonlijk: zelfkennis, nadenken over eigen handelen, aanpassingsvermogen, persoonlijk ontwikkelen. (Hoe goed ken ik mezelf, mijn emotie? En hoe goed ken ik mijn drijfveren?)
7.       Muzikaal-ritmisch: gevoelig voor geluid, toonhoogte en ritmevast, koppeling van emotie en geluid, goed geheugen voor muziek. (Intelligent kunnen werken met ritmes en melodieën)
8.       Naturalistisch-ecologisch: belangstelling voor de natuur, observatie en herkenning, verzamelen en ordenen, omgang met planten en dieren.
Elk mens is uniek. Ook intelligenties zijn uniek. Alle intelligenties werken samen met elkaar en werken op elkaar in. Als de ene intelligenties zich ontwikkelt, worden de andere intelligenties onbewust gestimuleerd. Als je bijvoorbeeld zingt, ben je meteen ook bezig met de taalintelligentie die gestimuleerd wordt. Als iemand doet waar hij goed in is, gaan de intelligenties waar hij niet zo goed in is, ook beter. Intelligenties hebben elkaar nodig en stimuleren elkaar. Doen waar je goed in bent of wilt worden geeft je dit veel plezier en meer ontspanning.
Het uitgangspunt
De theorie van meervoudige intelligentie gaat ervan uit dat iedereen talenten heeft die niet zijn te vatten in de simpele constatering dat iemand 'meer of minder intelligent' is. De een is verbaal heel sterk en leert gemakkelijk door gebruik te maken van taal. Een ander ziet snel verbanden of logische gevolgen en een derde kan goed omgaan met ruimtelijk inzicht of maakt gebruik van klanken en ritmes.

Het gaat er dus niet om hoe intelligént je bent, maar hóé je intelligent bent!

Elk mens heeft een eigen 'intelligentieprofiel' waarin hij of zij zich onderscheidt van de ander.

Geen opmerkingen:

Een reactie posten